september 2018 –
Er zijn mensen die uitzonderlijk dapper zijn in een gevaarlijke situatie, en angstig voor iets minder heftigs. Laatst las ik over een jongeman die zonder aarzeling het water indook omdat iemand met zijn auto de plomp was ingereden. Gelukkig kon hij de bestuurder redden van de verdrinkingsdood. Toen de jongen later in het zonnetje werd gezet als ‘held van de week’ bleek hij helemaal niet zo dol op al die media aandacht; zodra hij de kans kreeg, sloop hij stilletjes weg. Te veel ogen gericht op ‘kwatta’.
Ik hoorde van een vrouw die op de Scheveningse pier aan bungee-jumping had gedaan, maar onlangs met knikkende knieën hoog op de trans van de Domtoren stond met haar rug tegen de muur gedrukt. Zij was jaren geleden met haar familie het dictatoriale Roemenië ontvlucht, was in Nederland neergestreken en nu ondernemer. Toch geen klein bier!
Zo maar twee voorbeelden van heftige gebeurtenissen waarvoor de gemiddelde mens zich eerst eens achter de oren krabt alvorens tot actie over te gaan. Je zou zeggen: daar komt een flinke portie moed en vertrouwen voor kijken. Toch blijken veel mensen in staat dergelijke beslissingen te nemen. Maar de keerzijde van deze kanjers laat ook zien dat het kan verkeren.
Geduld
Want hoe anders is het gesteld met thema’s die te maken hebben met ons innerlijk, ons karakter, ons ego, ons bewustwordingsproces. Hoewel (en misschien wel juist omdat) het hier niet aankomt op een heldendaad – waarbij we merkwaardigerwijs onszelf ineens ontstijgen – en we er geruime tijd over mogen doen om patronen los te laten, blijken wij flink wat weerstand te mobiliseren om er maar geen werk van te hoeven maken.
Uitvluchten, uitstellen, ontkennen, afschuiven, bagatelliseren en pruilen zijn niet zelden de strategie om er onderuit te komen of er omheen te lopen. Verzuchtingen zoals ‘zie je wel, het wordt toch nooit wat’ zijn dan niet van de lucht. Tot … je ineens de schellen van de ogen vallen. Keer op keer geconfronteerd met dezelfde persoonlijke thema’s (lees: lading), dat kan toch geen toeval meer zijn? In welke bochten wij ons tot nu toe ook hebben gewrongen, het heeft niet geholpen. Controle erop loslaten? Helaas, dit blijkt niet zelden contraproductief.
Aan een plotseling succes gaan jaren van voorbereiding vooraf, dat weten we. Op tal van terreinen is ons motto: geduld is een schone zaak. Maar als het gaat om ons eigen proces, nemen we maar al te graag de eerste de beste afslag, want op dat gebied willen we graag instant-resultaat. En laat dat in het bewustwordingsproces nu niet mogelijk zijn. Dat is een proces van geleidelijkheid, en gelukkig zijn ‘een korreltje vertrouwen en een halve gram moed’ steeds weer opnieuw voldoende. Maar geeft dat de burger echt moed?
Verslaafd
Volgens yogaleraar Alexander Smit (1948-1998) zijn er in het leven slechts twee problemen: óf er is iets wat we niet willen, óf we willen iets wat er niet is. De mens is verslaafd aan controle. Zelfs het loslaten van de controle willen wij onder controle krijgen. Menigeen zal dit ten onrechte kwalificeren als moed. Ach, je zou kunnen zeggen ‘geen spoor zonder dwarsliggers!’ Mensen maken nu eenmaal fouten. Daarom hebben potloden een gummetje en auto’s een bumper.
Moed en vertrouwen, het lijken soms begrippen uit de ‘ver van mijn bed-show’. Wat hebben zij trouwens met elkaar te maken? Kan ik moedig zijn zonder vertrouwen? Kan ik (zelf)vertrouwen bezitten zonder moed? Had die vrouw de vlucht uit haar land ondernomen als ze niet bereid was geweest in het diepe te springen, voorbij de point of no return? Had die jongen gedoken als er diep van binnen geen vertrouwen was geweest? Misschien zonder het zelf te beseffen? Beiden hebben de sprong gewaagd zonder zeker te weten wat het resultaat zou zijn. Maar het voelde als het enige juiste op dat moment.
Maar hoe zit het dan met onze levensthema’s? Daar is toch meestal geen sprake van levensgevaar? Waarom vinden wij juist dát dan zo lastig? Omdat de angst voor ontmaskering het patroon zo diep heeft ingesleten, dat we het amper nog te pakken kunnen krijgen? Of omdat het tevoorschijn peuteren te veel pijn doet? Maar we lopen toch steeds weer tegen die openstaande deur aan? Klein stapje opzij scheelt een blauw oog.
Bij de lurven pakken
Zoals de twee kaarten in het bekende Osho-Tarotspel, ‘Vertrouwen’ (in vrije val) of de ‘Dwaas’ (met een witte roos de diepte in), kan elk nu HET moment zijn om een bungee-springer zónder koord te worden. In een gemoedstoestand van absoluut vertrouwen, zonder voorbehoud of stiekeme vangnetten. Dan heeft de angst je niet meer in zijn greep.
Spannend is het wel. Ze zeggen wel eens: pas wanneer je ten einde raad je angst om de hals durft te vallen, zal hij je nooit meer naar de keel vliegen. Dan verliest hij zijn macht. Hij is niet verdwenen, maar blijft op de achtergrond. Dit geeft je het vertrouwen dat je stappen kunt zetten. Als je vertrouwen hebt, hoef je niet de hele trap te zien om de eerste trede te nemen. Je weet nooit vooruit wat je kunt, dat wordt pas duidelijk als je het daadwerkelijk doet.
Wacht niet op het perfecte moment, maar pak het moment spontaan bij de lurven. Je weet wanneer het moment daar is. Als je na afloop achterom kijkt, denk je vaak ‘was dat het nou?’ Gurdjieff zei ooit: ‘Wat verlangd wordt, is eenvoudig een weinig vertrouwen en ook dat slechts voor korte tijd; want hoe eerder iemand alles wat hij hoort begint te verifiëren, des te beter is het voor hem.’ Laat die groeidiamanten moed en vertrouwen hun werk maar gewoon doen. Dan doemt het beeld van yin en yang op: ze vullen elkaar aan, gaan in elkaar over en houden elkaar in balans.
En kijk ook eens naar het TV-programma ‘De vloer op’ van zender Human. Daarin zie je juweeltjes van improvisatie waarbij de acteurs geen idee hebben hoe de scene zal aflopen. Lachen verzekerd. En zo bevrijdend!
Giep
© 2018 Giep van Werven