De keerzijde van behoefte

maart 2019 –

Komt een vrouw bij de dokter met de klacht ‘Dokter, ik heb steeds zo’n onbedwingbare behoefte om uit het raam te springen’. De dokter valt even stil en murmelt dan ‘Sorry, ogenblikje’, loopt naar de assistente en roept in de deuropening: ‘Saskia, wil je even in dit dossier aantekenen dat mevrouw voortaan vooruit betaalt?’
Behoeften. We hebben ze allemaal. Sommige behoeften zijn acuut en inherent aan het leven op aarde, zoals de behoefte aan zuurstof, voeding, water en slaap. Andere zijn zeer wenselijk. Wordt er niet voldaan aan zo’n behoefte, dan kan dat op termijn levensbedreigend zijn. Neem nu baby’s die niet worden gekoesterd en daar uiteindelijk aan kunnen doodgaan. Dan is er een categorie die te maken heeft met de algemene ‘condition humaine’. Zaken zoals bijvoorbeeld acceptatie, goedkeuring, controle, respect, bevestiging, waardering, erkenning of aanmoediging. Het zijn begrippen die de gemiddelde mens tamelijk normaal vindt maar waar we in ons leven behoorlijk op kunnen uitglijden. Daarom besteden wij hier in al onze workshops aandacht aan. Vaak zijn we er een leven lang op uit om onze behoeften bevredigd te zien, om pas vele jaren later tot de conclusie te komen dat ze voornamelijk te maken hebben met ons ego, dat die hunkering steeds aanwakkert. Maar er is nog een vierde categorie: een specifieke behoefte op basis van een thema of temperament. En dat is zo’n lastig te herkennen fenomeen omdat het een levenspatroon kan zijn geworden. Over die laatste categorie wil ik het hier eens hebben. En dan met name in relatie tot het door ons op het fanatieke af nagestreefde begrip ‘onafhankelijkheid’.

Het koor

Een voorbeeld. Laatst deed zich op een koor zo’n clash voor dat het voortbestaan ervan in gevaar kwam. Wat was er aan de hand? De voorzitter en secretaris hadden zich uit de naad gewerkt om het iedereen naar de zin te maken. Dat werd wel degelijk gewaardeerd maar toch niet steeds zo expliciet uitgesproken. Sterker nog. In hun dadendrang via de email bleken hun vragen, opdrachten en oekazes in toenemende mate aan dovemans oren gericht. Dat zette kwaad bloed maar het bleef bij zo nu en dan een misprijzende grimas. De overige koorleden zongen vrolijk door en deden hun best zo goed mogelijk voor de dag te komen tijdens een serie uitvoeringen. Tot het moment dat beide bestuursleden weer de email kozen om aan te kondigen dat hun plezier was vergald en zij er aan het einde van het seizoen de brui aan gingen geven. Hun behoefte aan erkenning en waardering werd kennelijk niet genoeg bevredigd. Die bom sloeg in, want het ledenaantal stond qua financiën al redelijk op scherp. Waarom ging het zo? Niet omdat beide bestuursleden zulke vreselijke types waren, maar juist omdat zij een bepaald temperament bezaten dat niet toestond dat zij afweken van het ‘gekozen’ pad (lees: mechanisme). Dat dit inmiddels contraproductief was geworden, kwam niet bij hen op. De ingeslagen weg leek de enige mogelijkheid om het eigen gelijk en ongenoegen duidelijk te maken en hun afschuw te laten merken over zoveel ‘ongevoeligheid’ van de overige koorleden. Maar zij hadden buiten de waard gerekend: het koor hervond het vertrouwen om in afgeslankte vorm een doorstart te maken. De afgehaakte bestuursleden, die de zaak onvolwassen en onverantwoordelijk hadden benaderd, hebben nooit begrepen waar de schoen wrong. Ze waren ervan overtuigd dat zij zich redelijk opstelden. Echter, zij hadden zich volledig afhankelijk gemaakt van hun behoeften, waren doof en blind geworden voor alternatieven en creëerden zo hun eigen crisis.

Bos en hei

Een tweede voorbeeld dat ik met toestemming hier deel. Een bevriende vrouw ervoer een enorme kloof tussen de behoefte om met rugzak en al bos en hei te doorkruisen en steden te bezoeken en haar mogelijkheden daartoe. Door haar ietwat gevorderde leeftijd en daarmee gepaard gaande protesterende gewrichten werd daar min of meer een stokje voor gestoken. Je zou kunnen zeggen ‘Jammer, maar dan ga je toch wat anders doen?’ En dat was nu precies het heikele punt. Al jong was zij op zichzelf aangewezen omdat de emotionele begeleiding van de ouders zeer te wensen overliet en later de continue aandacht voor beide zieke zusjes alle aandacht opeiste. Gelukkig is zij een kordate vrouw, altijd gezond geweest van lijf en leden, die haar eigen weg uitstippelde. Dat laatste viel dan vooral in de pubertijd ook weer niet in goede aarde, zodat de ‘aandacht’ van de ouders zich voornamelijk kenmerkte door kritiek. Zij prijsde zichzelf gelukkig met twee goed ontwikkelde middelvingers en zong zich los van het gezin. De zelfredzaamheid was haar op het lijf geschreven en werd na verloop van tijd een ‘handelsmerk’. En precies daar sloeg de behoefte aan autonomie in zekere zin om in een beperking. Althans, het overlevingsmechanisme dat haar altijd uit de brand had geholpen was niet langer nodig en verlangde herijking. Bij Loesje kwam ik eens de volgende uitspraak tegen: ‘Soms ben ik zo onafhankelijk dat ik vergeet naar mijzelf te luisteren.’ Zoiets relativeert enorm. Maar ook het anonieme citaat ‘Men heeft niet zozeer behoefte aan vrijheid als wel aan slechts geketend te worden door datgene waarvan men houdt.’ Goh, ik had het bedacht kunnen hebben…

De paradox

Dan als laatste nog even de paradoxen die we hier zien. Een misschien wel bovengemiddelde behoefte aan vrijheid kan betekenen dat je jezelf ketent aan een patroon van onafhankelijkheid. Zo zie je dat iemand met een natuurlijke behoefte aan harmonie door haar temperament de confrontatie niet schuwt. De behoefte aan erkenning en controle van de koorbestuursleden sloeg om in het tegendeel: Oost-Indische doofheid bij de anderen. Nog zeer onlangs in het nieuws: De man die zijn moeder op haar instigatie na haar dood in een zelf getimmerde kist anderhalf jaar bij zich in huis hield. De behoefte om levenslang te voldoen aan haar wensen, had al vroeg een einde gemaakt aan zijn eigen wil en gezond verstand. Het is voor een ieder van ons dus zaak eens kritisch te kijken naar onze behoeften. Waar dienen zij ons (nog) en waar zijn ze ons in de wielen gaan rijden? Dat wil niet zeggen dat we blij zouden moeten zijn met beperktere keuzes, maar we zouden beter op zoek kunnen gaan naar nieuwe mogelijkheden.

Behoeften hebben te maken met een vermeend gebrek aan iets en het verlangen dat gebrek ongedaan te maken. Hier speelt de diepe overtuiging dat iemand anders ons iets kan geven dat we zelf niet hebben een enorme rol en zolang we die overtuiging blijven aanhangen zijn we afhankelijk van de ander. Dan is iemand met een half oog al koning in het land der blinden. Als een bepaalde behoefte niet wordt bevredigd, kappen we ermee en zoeken gewoon weer iets anders. Je ziet dat veel bij de partnerkeuze. Van de ene relatie in de andere stappen, zonder het patroon waarom het voorgaande niet werkte eerst eens goed te onderzoeken. Maar ook het tegenovergestelde: na diverse mislukkingen besluiten dat er op jouw potje blijkbaar geen deksel past. Behoeften maken deel uit van de eenheid en zijn dus goed noch slecht. Wijsheid bepaalt uiteindelijk welke nu aan de orde is en ook wanneer iets een dogmatisch patroon wordt. Alleen de mens die in staat is om vanuit de eigen kern te kunnen waarnemen, kan de interne autonomie inzetten om een keus te maken. Koorddansen op het scherp van de snede.

Maar ja, als het leven uit alleen pieken zou bestaan, was het ook maar een rechte lijn. Toch?

Giep

 

© 2018 Giep van Werven